Interview Marjolijn van Buren, internist-nefroloog, over werk als waarde

Ascender maakt gebruik van het Capability model met een vragenlijst over werk en waarde. Marjolijn van Buren, internist-nefroloog bij het HagaZiekenhuis in Den Haag, reflecteert aan de hand hiervan op de balans tussen haar werk en privéleven.

Wat is belangrijk in je werk?
“Voor het vak heb ik gekozen vanwege de interactie met mensen; met patiënten, collega’s en de verpleging. Met chronische patiënten bouw je een lange relatie op, het is méér dan het meten van de bloeddruk en het doornemen van labuitslagen, je leert iemand uiteindelijk werkelijk kennen. Dagelijks communiceer ik op verschillende niveaus, dat vind ik mooi aan mijn werk. Het is gebaseerd op vertrouwen in mijn medische kunde. Bij het contact met collega’s is het belangrijk dat je inhoudelijk kunt overleggen. Maar ook dat je je vakantieverhalen kwijt kunt. Je werkt uren, dagen, jaren met elkaar, dat is intensief. Bij het verplegend en ondersteunend personeel is het fijn als er een klik is, maar vooral dat het capabele mensen zijn. Sfeer op de werkvloer vind ik heel belangrijk.”

Zijn er genoeg mogelijkheden om kennis en vaardigheden te gebruiken?
“Er zijn voldoende mogelijkheden om de medische ambities op een hoog niveau te onderhouden. We zijn een opleidingsziekenhuis, waar je continu kennis moet uitdragen en bijhouden. Dat doe je door verplichte nascholing en ook houden je collega’s en de assistenten je op de hoogte van ontwikkelingen binnen het vak. Naast vier dagen patiëntenzorg in het HagaZiekenhuis doe ik één dag per week onderzoek in Leiden, dat betrekking heeft op de oudere patiënt met nierfalen, en dilemma’s rondom de keuze voor wel of geen dialyse. Daar zitten veel interessante aspecten aan. Wetenschappelijk onderzoek moet echter in je eigen tijd. Ik zou meer ruimte en rust willen hebben om een praatje te maken met een patiënt. We zitten in spreekuren in een strak sjabloon van tien minuten per consult, en je weet dat als het langer duurt andere mensen zitten te wachten. De spreekkamer zit altijd bomvol, het is zoeken naar gaatjes.”

Is het stellen van eigen doelen belangrijk?
“Ik heb altijd veel naast patiëntenzorg gedaan, zoals het stafbestuur, medisch management en opleiderschap. Er wordt een actieve houding verwacht, als vakgroep wil je ambitieus zijn. En als je die ambities zelf hebt dan kan dat. Het is stimulerend als je dingen kunt doen waar je energie van krijgt, daar heeft iedereen wat aan. Ik vind wel dat er soms te weinig wordt gekeken naar de individuele kwaliteiten binnen een team; de één wil meer onderzoek doen, de ander juist meer patiëntenzorg. Daar zou meer rekening mee gehouden kunnen worden.”

Lukt het om die doelen te realiseren?
 “Ik denk nu meer na over mijn doelen. Ik merk dat er méér is dan alleen maar werk. Ik werk al heel lang 60 uur per week met diensten en vergaderen – dat is heel veel. De ruimte naast mijn werk voor mezelf zoek ik nu op. Zoals yoga en meditatie. Dat ik écht in het weekend rust neem. Ervoor zorgen dat je niet overbelast raakt en iedereen plezier houdt in het werk. Ik wil binnen onze vakgroep een sabbatical systeem invoeren: 1 keer per 5 jaar een periode van 6 weken extra vrij opnemen om die naar eigen inzicht in te vullen. Ik vind hard werken niet erg, maar je moet wel wat meer ruimte krijgen om energie te tanken. Ik kan goed mijn werk loslaten, maar bij vakantie is het vaak zo dat je daar voorafgaand en na afloop voor wordt “gestraft” met extra diensten.”

Is er een balans tussen werk en privéleven?
“Dat wisselt, als je privéproblemen hebt dan is er wel begrip op het werk, maar dat zakt weer weg in de dagelijkse drukte. Ik ben gestopt met het opleiderschap, mijn collega’s hebben op een gegeven moment mij tegen mezelf in bescherming genomen. Dat was goed, want ik had teveel op mijn bord. In het algemeen is het lastig om ziek te zijn of vrij te nemen als je het thuis even moeilijk hebt. Want als je geen dienst kunt doen, dan hebben je collega’s daar direct last van. Het heeft met de mentaliteit van ons vak te maken. Werk-privé balans kan beter, ik ben er hard mee bezig om dat te bewaken.”

Is een goed inkomen belangrijk?
“Toch wel ja, en dat heeft deels te maken met hard werken. Dan is het fijn dat daar een goed  inkomen tegenover staat en je bijvoorbeeld mooie reizen kunt maken. Maar inkomen is zeker niet dé ambitie om dit werk te doen.”

Kun je een bijdrage leveren aan het creëren van iets waardevols?
“Patiënten helpen, iemand beter maken of goed begeleiden – dat is de kern van mijn werk en in die zin heb ik het gevoel dat ik samen met mijn collega’s zinvol werk doe. Soms zijn er dagen dat je twijfelt of je überhaupt iets kunt veranderen of verbeteren, als mensen bijvoorbeeld boos zijn als ze slecht nieuws krijgen, dan heb ik wel eens een rotdag. “